De hydraulische aandrijving
De aandrijfzuiger wordt verplaatst door de waterdruk. Door een kleppensysteem kan de beweging omgekeerd worden. Elke zuigercyclus komt overeen met een bepaald watervolume dat door de pomp stroomt (aandrijfvolume). De snelheid van de aandrijving varieert recht evenredig met het waterdebiet. De doseerpomp is volumetrisch.
Het doseergedeelte
De doseerzuiger wordt door de aandrijfzuiger aangedreven en injecteert continu een vast productvolume (volume kan ingesteld worden op de behuizing van de doseerinrichting). De doseerzuiger injecteert een hoeveelheid product die overeenkomt met het watervolume dat door het aandrijfgedeelte stroomt. Dit werkingsprincipe garandeert dan ook een constante dosering onafhankelijk van variaties in het debiet en de waterdruk. De hoeveelheid geïnjecteerd product is proportioneel met het waterdebiet.